INVICTUS

 


 

INVICTUS

 

De uitslag van de verkiezingen en alles wat daarvoor in de campagne is gebeurd roept bij veel mensen emoties en onzekerheden op en de vraag ben ik hier in dit land nog welkom? Soms vragen ze mij om raad. In die gespreken wordt vaak gewezen naar de overheid die van alles had moeten doen en nu zou moeten doen om voor hen het tij te keren. Die mensen wijs ik keer op keer op wat zij zelf kunnen doen voor hun eigen toekomst of voor de toekomst van de ‘groep’ waartoe zij behoren. Ik wijs ze dan vaak op de basis van de normen en waarden en leefwijze van Nederland door de eeuwen heen. De scheiding der (religieuze) leefgemeenschappen was min of meer gebaseerd op ‘soevereiniteit in eigen kring’, met respect en acceptatie van de ‘andere’ religie of leefgemeenschappen en de beslissingen die voor en in die kring werden genomen. Tot in de jaren zestig betekende dit vaak dat wonen, werken, schoolgang, ziekenzorg, kerkgang, bejaardenzorg, begraven en zelfs winkelen gebeurde in eigen (religieuze) kring. We noemden het verzuiling. Dat betekent ook dat in die Nederlandse manier van denken Turkse en Marokkaanse Nederlanders alle vrijheid hadden en hebben om dat ook te doen. Dus hun eigen zuil mogen creëren. Het feit dat ze daardoor niet of nauwelijks integreerden was hun eigen keuze. Ze kozen, in een samenleving die juist sinds de jaren zestig van de vorige eeuw naar elkaar toegroeide en mengde, dus ontzuilde, voor een vorm van isolement. Ze kozen helaas vaak voor leven in de eigen kring, met een toenemende ervaring van discriminatie als één van de gevolgen. Vroeger ‘discrimineerden’ werkgevers ook diegenen die niet van hun eigen geloofsgemeenschap waren. Nu vinden sommigen het vreemd dat zij aangesproken worden voor de daden van hun groepsgenoten. Maar dat is van alle tijden. ‘Soevereiniteit in eigen kring’ betekende en betekent ook verantwoordelijkheid nemen en verantwoordelijkheid afleggen voor elkaar en elkaars daden. En dat is voor een aantal wel geïntegreerde medelanders moeilijk en onbegrijpelijk. Wie is dan de baas over mijn leven is dan de vaak gestelde vraag. Ik wijs hen dan op de eigen verantwoordelijkheid en op hun verantwoordelijkheid voor de groep waartoe ook zij, zij het nu tegen hun wil, behoren of toe gerekend worden. Dat is een gevolg van hoe onze samenleving zich eeuwen heeft ontwikkeld. Het was hun keuze of die van de voorouders om in deze samenleving te gaan leven. Keuzes hebben gevolgen. Als men of de groep kiest voor isolatie heeft dat gevolgen. Ook de keuze nu voor DENK zal in de praktijk een eigen keuze kunnen blijken voor isolatie in de eigen kring met alle gevolgen van dien.

Ik hoop alleen dat mensen leren van wat er elders (is) gebeurd. Laat ius talionis (oog om oog, tand om tand) geen gemeengoed worden, luister eens naar There Were Roses. Een lied van bewustwording van wat geloofsfanatici, die het geloof misbruiken voor politieke doelstellingen, voor gevolgen kunnen hebben voor gewone mensen.

Wie is de baas over mijn leven is een vraag van alle tijden. Ik zelf denk dan aan het gedicht Invictus van William Ernest Henley   

Out of the night that covers me,
Black as the pit from pole to pole,
I thank whatever gods may be
For my unconquerable soul.

In the fell clutch of circumstance
I have not winced nor cried aloud.
Under the bludgeonings of chance
My head is bloody, but unbowed.

Beyond this place of wrath and tears
Looms but the Horror of the shade,
And yet the menace of the years
Finds, and shall find, me unafraid.

It matters not how strait the gate,
How charged with punishments the scroll,
I am the master of my fate,
I am the captain of my soul.

Op deze website heb ik voor het laatste couplet de volgende vertaling gevonden: 
Hoe smal de poort ook mag zijn en
Al wijzen alle vingers naar mij
Ik ben meester over mijn lot
Ik ben de gezagvoerder van mijn Ziel

Een andere vertaling vond ik op deze site:

Vanuit de nacht die mij bedekt
Aardedonker van pool tot pool
Dank ik welke God dan ook
Voor mijn onoverwinnelijke ziel

In de klauwen van omstandigheden
Gaf ik geen krimp, noch schreeuwde ik het uit
Onder geknuppel van het toeval
Is mijn hoofd bloedig, maar niet gebogen.

Voorbij deze plek van toorn en tranen
Duikt slechts de verschrikking op van schaduw
Maar de dreiging van de jaren
Vindt en zal mij vinden: onbevreest

Het doet er niet toe hoe smal de poort
Hoe beladen met straf de toekomst ook is
Ik ben meester over mijn lot
Ik ben de gezagvoerder van mijn ziel.

Voor mij staat het gedicht voor kracht. Wat er ook gebeurt (my head is bloody), ik zal eruit komen, ik zal er boven staan (but unbowed). Ik ben zelf degene die mijn lot bepaalt, ik bepaal zelf hoe ik met vervelende gebeurtenissen omga in mijn leven: I am the master of my fate. Dat is de houding die nodig is om zelf de koers en keuzen te bepalen inclusief de gevolgen. Dat geldt, naar mijn gevoel, ook in tijden als deze en ook voor individuen en bevolkings- of geloofsgroep.