Format vragen aan Deloitte inzake rapportage Bergse Haven

 


Raadsonderzoek Bergse Haven dd.7 juni 2010, van Deloitte.
Format voor verhelderende vragen aan de onderzoekers
Bestemd voor de raadsbijeenkomst 29 juni 2010
Uiterlijk indienen op 27 juni (of zoveel eerder als mogelijk)

 

Vraag 1.
Pagina rapport div.
Op basis van welk mandaat of welke veronderstelling heeft Deloitte FDS gemeend dat de griffier van de gemeenteraad van Bergen op Zoom bevoegd was te besluiten dat beantwoording van sommige onderzoeksvragen niet nodig was, beperkt konden worden of anderszins middels een verwijzing kon plaatsvinden?


Vraag 2.

Waarom heeft Deloitte FDS zich beperkt tot het bijeenzoeken van ‘feiten’ en daardoor vrijwel geen der onderzoeksvragen beantwoordt?


Vraag 3.

Wat was de onderzoeksopdracht aan Deloitte FDS?


Vraag 4.

Heeft Deloitte FDS op basis van de onderzoeksopdracht een offerte uitgebracht?


Vraag 5.

Zo ja, op welk percentage, onder de 50 %, van de offerte meent Deloitte FDS op basis van het feitelijke onderzoek (hetgeen de BSD-fractie als een wanprestatie beschouwd) nog recht te hebben?


Vraag 6.
Pagina rapport 8/90
Op pagina 8 is wel een enkele conclusie te vinden: “Uit ons dossieronderzoek is niet naar voren gekomen dat door het college van ambtelijke adviezen is afgeweken.” . Voor een onderzoek met een bijna chronisch gebrek aan conclusies is dit een opmerkelijke conclusie.
In dossier BA 15141 is een stuk te vinden waarin staat dat hooguit 30 á 35 miljoen geboden zou kunnen worden voor het Nedalco terrein. Acht Deloitte FDS het uiteindelijke koopbedrag in overeenstemming met dit ‘ambtelijke advies’?


Vraag 7.
Pagina rapport 17
Het Deloitte FDS onderzoek lijkt uitsluitend gebaseerd op stukken die Deloitte FDS zijn aangeboden of door Deloitte FDS zijn opgevraagd. Is de veronderstelling juist dat Deloitte FDS niet ALLE Bergse Haven dossiers heeft bekeken? Wat moet de BSD-fractie zich voorstellen bij feitenmateriaal?


Vraag 8.
Pagina rapport 31
Op pagina 31 is te lezen dat: “het gemeentebestuur bewust koos voor de ontwikkeling van vier concurrerende projecten in de gemeente.”. Op basis van welke documenten of welk feitenmateriaal concludeert Deloitte FDS dat de keuze BEWUST was. Heeft Deloitte FDS iets gevonden wat lijkt op een bestuurlijke afweging in deze?


Vraag 9.
Pagina rapport 47
Is het mogelijk de tegenstelling in de verklaring van Buuron: ‘AM/Amvest plan, geen sluitende grondexploitatie’ en die van de tenderboard in haar tussenoordeel over de AM/Amvest voorstel: ‘een goed onderbouwde woningbouwprogrammering en FINANCIEEL VEELBELOVENDE exploitatie’, te verklaren of heeft Deloitte FDS in haar onderzoek hier geen nader onderzoek naar gedaan?


Vraag 10.
Pagina rapport 53
Van der Velden verklaarde “Een belangrijk selectiecriterium was de kwaliteit van het ingediende plan. Ten aanzien van de financiën was het uitgangspunt dat de partijen een sluitende exploitatie moesten indienen.”. Dit was volgens Buuron niet het geval. Heeft Deloitte FDS bij de heer van der Velden nagevraagd waarop hij zijn verklaring baseerde en of hij feitelijk kennis heeft genomen van de ingediende plannen en of de ingediende exploitaties sluitend waren?


Vraag 11.
Pagina rapport 54/55
Eikenaar vermeldt dat AM/Amvest een studie inleverde “zonder daadwerkelijke grondexploitatieberekening”. Wie spreekt de waarheid? Bevat de tender van AM/Amvest een sluitende grondexploitatieberekening?


Vraag 12.
Pagina rapport 76
Ten aanzien van het onvoorzienpercentage (3, 4 en 6 %) stelt Deloitte FDS; “Een risicoanalyse op basis waarvan dit percentage van 6% (of de eerdere percentages) wordt onderbouwd, is niet aangetroffen in de onderzochte dossiers.”. Wat heeft Deloitte FDS gedaan om hier helderheid over te krijgen?


Vraag 13.
Pagina rapport 77
Noot 25, wekt de indruk dat Van Tetterode laat bij ’de deal’ werd betrokken. In de ‘feitenrapportage’ is geen reconstructie gemaakt, noch een tijdlijn opgesteld wie wanneer betrokken werd bij ‘de deal Nedalco’. Waarom heeft Deloitte FDS, gezien de daarover levende vragen, dit niet gedaan?


Vraag 14.
Pagina rapport 103
De opname van de checklistelementen, waaraan een raadsvoorstel moet voldoen, heeft de BSD-fractie in het kader van de onderzoeksvraag 21 geërgerd. Dit is een volkomen nietszeggende ‘beantwoording’ van een vraag. Deloitte FDS onwaardig.


Vraag 15.
Pagina rapport 118
Waarom zou de nadruk bij de beantwoording van onderzoeksvraag 27 moeten liggen in de periode vanaf begin 2009? Wie heeft deze beperking aangebracht en waarom?


Vraag 16.
Pagina rapport 126
Waarom denkt Deloitte FDS dat “voorafgaand” in onderzoeksvraag 32 begint bij 2006/2007?


 

Reacties zijn gesloten.